Een week later kregen wij een verrassend telefoontje van Ma. Zij had een oproep op televisie gezien van ene Otto Ringelberg, die beweerde dat hij een halfbroer was van onze vader Ewout. “Een broer? Ik wist niet eens dat Pa een jongere broer had”, was mijn verbijsterde reactie. “Dat wist ik ook niet, maar ik ben ervan overtuigd dat Otto Ringelberg niets verzonnen heeft. Vooral toen hij vertelde over zijn moeder Leentje, die als dienstmeisje werkte bij opa en oma Smeulders”, antwoordde Ma.
Samen met Ma bekeek ik de bewuste uitzending van het televisieprogramma ‘Gezocht en Herenigd’. Ik was verbijsterd, maar vooral nieuwsgierig naar de man die beweerde de halfbroer te zijn van onze vader. Otto Ringelberg vertelde dat zijn moeder Leentje zwanger werd van onze opa Robert Smeulders, en zij in dezelfde periode trouwde met Dirk Ringelberg. “Een half jaar voordat mijn moeder overleed, vertelde zij mij dat Robert Smeulders mijn biologische vader was. Ik heb dit nooit geweten. Uit het huwelijk van mijn ouders werden nog drie kinderen geboren, en ik heb een hele goede jeugd gehad”, vertelde Otto. De gelijkenis van Otto met onze opa en vader was zeker treffend. Otto had dezelfde helblauwe ogen, brede hoekige gezicht en mimiek als onze opa en vader, maar verder was hij een totaal andere man.
Direct na de uitzending belde ik de redactie van ‘Gezocht en herenigd’ en zij beloofden mij om mijn gegevens door te sturen naar Otto Ringelberg. Tot mijn grote verrassing mailde Otto mij de volgende dag, en hij stelde een ontmoeting voor. In zijn mail vertelde Otto meer over zijn moeder Leentje, die als dienstmeisje werkte bij onze grootouders. “Tijdens die periode werd zij zwanger van uw opa Robert Smeulders. De details zal ik u besparen, maar één ding kan ik u wel vertellen: Mijn moeder ‘gaf’ zich beslist niet uit ‘vrije wil’ aan mijnheer Smeulders.”
Robert reageerde aanvankelijk nogal cynisch op het feit dat hij ineens een ‘oom’ had. “Een erfenis hoeft hij niet meer te verwachten”, merkte hij op, maar hij vond het naderhand wel leuk. Onze andere broer Tony reageerde onverschillig op het nieuws. “Sorry, het boeit mij niet echt”, was zijn enige reactie. Hoewel Tony ons regelmatig mailde, zagen wij hem weinig. Tony had het druk, en weinig behoefte aan intensief contact. “Ach wat, Tony is altijd een eenling geweest en hij is zoals hij is”, reageerde Ma laconiek.
Uiteindelijk ontmoetten Ma en ik Otto Ringelberg bij hem thuis, waar wij hartelijk werden ontvangen. Otto vertelde over de zwangerschap van zijn moeder en het geheim dat zij tientallen jaren met zich meedroeg. “Alleen onze vader was hiervan op de hoogte, en hij heeft haar er nooit op aangekeken. Tot voor twee jaar geleden wist ik niet beter dan dat Dirk Ringelberg mijn biologische vader was.” Otto vertelde dat zijn moeder op 93-jarige leeftijd overleed. “Haar gezondheid was heel broos, maar geestelijk was Mam helder als kristal. Mam schaamde zich enorm voor hetgeen er gebeurd was tussen haar en Robert Smeulders, en durfde dit tegen niemand te vertellen. Niemand zou haar geloofd hebben. Het was wel het woord van een dienstmeisje tegen die van de machtige mijnheer Smeulders. Alleen mijn Pa wist hiervan, en hij was de enige die haar wel geloofde.”
Ma was niet echt verrast door de onthulling. “Dit verwondert mij niets. Jullie opa was een echte rokkenjager, en jonge meisjes waren niet ‘veilig’ voor hem. Er ‘vertrokken’ wel vaker ineens dienstmeisjes, maar daar werd nooit over gesproken. En Leentje herinner ik mij nog wel. Zij was een heel bedeesd meisje, en ook zij was ineens ‘vertrokken’, vertelde Ma. De komende tijd onderhielden wij intensief contact met Otto Ringelberg. Ondanks de pijnlijke details, was ik blij met mijn ‘nieuwe’ oom.
Wordt vervolgd