Bij het gesprek bij de gemeente hadden ze mij aangegeven nog diezelfde dag een terugkoppeling te geven. ’s Middags werd ik gebeld en de eenheidsmanager gaf mij aan geen goed nieuws te hebben. De keus was vreselijk moeilijk geweest, want alle drie de kandidaten waren uitstekend te noemen. Daarom hadden ze op kleine dingen kunnen selecteren, wat betekende dat ze iemand zouden aannemen die al een netwerk in het gebied had en die dus op korte termijn inzetbaar zou zijn.
Tja, daar kun je niets tegenin brengen! Aan de ene kant balen, aan de andere kant begreep ik het en had ik nu niet het dilemma wat ik in mijn vorige column beschreef (wel of niet eerlijk zijn over de andere gesprekken). Ik was er op dat moment vrij nuchter onder, maar merkte ‘s avonds thuis toch dat ik er van baalde. Gevolg was dat ik de bovenverdiepingen van het huis grondig gestofzuigd heb en de badkamer voor een groot deel heb schoongemaakt ;).
Woensdag had ik twee gesprekken: één tweede gesprek bij een bedrijf in Elburg en een gesprek bij een groot bedrijf in Zwolle.
Het gesprek in Zwolle was ’s ochtends. Ik werd opgehaald door iemand die ik vanuit mijn uitzendwezentijd kende. Het was nogal een tijd geleden dat we elkaar voor het laatst hadden gezien en vrolijk pratend gingen we de lift in naar een bovenverdieping, waar het gesprek plaatsvond. Ook de HRM’er kwam en we begonnen het gesprek. Aangegeven werd dat er twee banen beschikbaar waren en dat er zowel interne als externe kandidaten gesproken werden. Het bevreemdde me überhaupt al uitgenodigd te worden, omdat algemeen bekend was dat er een grote landelijke reorganisatie bij het bedrijf plaatsvond. Daar zouden toch voldoende boven-formatieve kandidaten bij kunnen zitten?
Al snel kwam ik erachter dat dit even wat meer zweten was dan tijdens de gesprekken die ik hiervoor had gehad. Hoe zou je dit oplossen, wat zou je in deze situatie doen, wie is Toos en hoe wordt Toos door collega’s gezien? Heerlijke vragen, waar je adhoc op moet antwoorden en waarbij je hoopt dat je een beetje adrem overkomt. Toen ik voor de tweede keer de vraag kreeg: “maar wie is Toos nu echt?”, had ik het gevoel niet duidelijk over te zijn gekomen. Ze had ook een kritische opmerking over mijn CV, die ik wel kon weerleggen gelukkig. Kortom: ik zou niet weten of ik goed uit de verf ben gekomen, maar mijn stemming naderhand was niet erg optimistisch.
’s Middags reed ik weer naar Elburg en had een gesprek met het hoofd P&O (net als de vorige keer). Ditmaal zat ook de salarisadministrateur bij het gesprek. Het was een erg leuk en informeel gesprek, maar ik kwam er gaandeweg achter dat de functie toch wel erg administratief was. En nee, ik had geen ervaring op gebied van salarisadministratie en voelde dat dit toch wel erg belangrijk werd gevonden. Ze zouden diezelfde middag al de knoop doorhakken en ik zou dan gebeld worden of uiterlijk vrijdagochtend.
Toos W.